Kwaliteit zonder keurmerk
Nieuwleusen - Af en toe ga ik bij donateurs op bezoek. Op een van mijn bezoeken ben ik bij meneer Groothuyzen. Ik word hartelijk ontvangen en een kopje koffie staat al klaar.
We blikken terug op zijn allereerste ontmoeting met ORA en we praten over het project in Oekraïne waar hij weleens geweest is en van alles over weet. Het is een goed gesprek waarin we de werkwijze van ORA en onze drijfveren bespreken. We praten ook nog even over zijn kinderen en over zijn vrouw, die jaren geleden overleden is. En natuurlijk over de dagelijkse dingen in de buurt: over de vele zonnepanelen in de wijk en over de haperende zorg voor ouderen.
En dan begint meneer Groothuyzen over het keurmerk van het Centraal Bureau Fondsenwerving (CBF). Hij weet dat dit niet hetzelfde is als de ANBI. Hij had een tv-spotje gezien en zag gisteren toevallig een poster in een bushokje hangen. Daarin werd erop aangedrongen om je donaties alleen te geven aan een goed doel met het CBF-keurmerk. “Ik wist eerlijk gezegd niet dat het bestond”, zegt hij. Ik vertel hem dat wij geen lid zijn van het CBF. Van de 43.000 stichtingen in Nederland die ANBI zijn, zijn er nog geen 600 lid van het CBF.
“Ik had er achteraf gezien bij mijn keuze om te doneren aan ORA nooit rekening mee gehouden. Ik werd nieuwsgierig wat zo’n keurmerk nou allemaal inhoudt en heb toen hun website eens bekeken”. Hij lepelt gemakkelijk alle richtlijnen die hij vond op. “ Een keurmerk geeft vertrouwen. Er moeten duidelijke afspraken zijn tussen donateur en organisatie en het uit te voeren project, er moet een transparante kostenbegroting zijn, de organisatie is goed georganiseerd, er is bekwaam personeel en er is een doelmatige klachtenafhandeling”.
Het verbaast mij dat hij dit alles zo goed op een rijtje heeft. Maar hij gaat er nog verder op in. “Het zijn goede uitgangspunten die bij elke donatie van belang zijn. Al deze punten zitten wel snor bij ORA”, zegt hij met een glimlach. “Voor mij scoren jullie een 10! Bij een stichting als ORA is zo’n kwaliteitskeurmerk echt niet nodig en is zo'n lidmaatschapsgeld alleen maar weggegooid geld.”
Meneer Groothuyzen vertelde precies waar ORA voor staat: iedere donateur moet weten dat er zorgvuldig met zijn of haar donatie wordt omgesprongen. Dat de kosten zo laag mogelijk worden gehouden en dat we met alle activiteiten aan ons doel beantwoorden. Er moet honderd procent vertrouwen zijn.
Met een goed gevoel neem ik afscheid en loop ik even later naar mijn auto. Deze keer zet ik mijn radio niet aan; ik wil ons gesprek nog een keer de revue laten passeren.........
Erik Merx
directeur ORA